Zo blij!
Tja…
Tijdens onze eerste ontmoeting vertelt deze dame dat ze niet kan weggooien en niet van veranderingen houdt. Ze ziet op tegen opruimen en heeft er eigenlijk helemaal geen tijd voor.
November 2020
Tijdens onze eerste ontmoeting vertelt deze dame dat ze niet kan weggooien en niet van veranderingen houdt. Ze ziet op tegen opruimen en heeft er eigenlijk helemaal geen tijd voor. Dat begrijp ik wel; ze is zes van zeven dagen bezig met haar eigen bedrijf. Ze heeft ook een beetje last van hamsterwoede. Sommige spullen kun je misschien nog een keer gebruiken? Haar wens is om de keuken helemaal op te ruimen en het daarna zelf bij te houden.
Op een zondag gaan we aan de slag. Een open kast staat vol met van alles; groenten in een kist, plastic opbergdozen op de onderste plank, machines die ze niet of misschien een keer per jaar gebruikt, glazen potten met soorten pasta en zaden. Ze haalt één voor één spullen uit de open kast en maakt snel en resoluut keuzes: dit kan weg naar de kringloop, dit moet in een andere kast en dit is kapot en kan in de vuilnisbak. Kast leeg en schoongemaakt, zetten we de spullen die ze vaak gebruikt op reikhoogte. De plastic opbergdozen zetten we daarboven in plaats van op de onderste plank. Kan de hond er ook niet meer in snuffelen, wel zo hygiënisch.
Oude kranten.
Bovenop de keukenkastjes staan een paar flessen wijn, een grote doos in een vuilniszak, een mand met schoenpoetsmiddelen. We halen alles van de kastjes af en leggen oude kranten op de kastjes. ‘Dat deed mijn moeder ook altijd, tegen het stof. En een volgende keer hoef je alleen de kranten dicht te vouwen en te vervangen door nieuwe.’ Dankjewel voor deze tip!
De flessen wijn verhuizen naar de woonkamer waar nog meer drank staat. De mand met schoenpoets gaat naar de gang. Op naar het overvolle aanrechtblad. Dit staat en ligt zo vol dat je geen ruimte hebt om eten voor te bereiden. Oké, deze berg keukengerei ligt hier. Wat zit erin? Gebruik je het? Waarom ligt het daar? Waar kunnen we het ook opbergen?
Ik stel haar deze vragen zodat zij kan beslissen wat ze ermee wil. De frituurpan zetten we op een leeggekomen plank. Het koffiezetapparaat en de waterkoker krijgen een andere plek dichtbij een stopcontact. Langzamerhand wordt het leger en leger op en rondom het aanrechtblad.
Dan volgen nog een paar kastjes. Ze haalt het servies eruit en selecteert snel wat ze er mee wil. En hup, sopje door de kast en het serviesgoed er weer in. Althans, wat ze nog gebruikt.
Rust.
Na drie uur is de tijd om. De dame vertelt dat ze niet wist wat ze moest verwachten. Ze vond het spannend. Ze schaamt zich voor haar huis. Vindt het letterlijk stom dat ze dit niet zelf kan. En als je eens weet, wat zij allemaal in haar eigen bedrijf kan? Dat kan ik dus weer helemaal niet …
Als ze nu terugkijkt naar haar keuken, dan geeft dat haar rust. Er is weer licht aan het eind van de tunnel. Ze is oprecht verbaasd dat ze dit allemaal zelf heeft gedaan. Ik stond aan de zijlijn en stelde af en toe vragen waardoor zij kon beslissen. Ze had zelf de regie. Ze waardeerde het dat ik haar complimenten gaf omdat ze snel beslissingen nam. En, ik heb geen opmerkingen gemaakt over haar huis. Dat gaf een veilig gevoel.
Een paar dagen later krijg ik een berichtje van haar: ‘Zooo blij’. Ik antwoord: ‘leuk om te horen’ en zij zegt ‘fijn om te zeggen.’ Ik zeg ‘en volhouden hè (met een knipoog). ‘ Jep’ is het antwoord.