Sandra – 4

Sandra – 4

Sandra – 4

‘Hoi, morgenmiddag komt ook de kringloop de spullen ophalen tussen 13:00 en 18:00 uur’.
Dit berichtje kreeg ik op de dag dat ik weer naar Sandra zou gaan.

Iedere keer is het een soort van ‘spannend’ wat ik aantref. In de tussenliggende dagen pakt ze van alles op, zoals ze zelf zegt ‘werk in uitvoering’. Bijvoorbeeld een stapel broeken die ze wil passen of boeken waar ze nog even door heen wil om een keuze te maken. En het frappante is, zegt ze zelf ook, dat het maken van keuzes steeds beter lukt en ze afscheid van spullen kan nemen. Kiezen gaat nu ook sneller.


De trap ligt toch weer aardig vol. ‘Ja, dat klopt hoor, die handdoeken breng ik naar de berging als een soort tussenstap. En dan kijk ik later of ik ze gemist heb en kies ik wat ik er mee doe’. Prima! Haar manier van werken. Ik begeleid en houd af en toe een spiegel voor.

Op naar boven. We kunnen gewoon lopen op de overloop zonder te struikelen over stapels boeken en spullen voor de boekenkast. Ze laat de slaapkamer zien die nog steeds opgeruimd is. ‘Hé’, zeg ik, ‘ik mis een wit kastje? ‘Kom maar mee!’. Sandra opent de deur van haar badkamer.

De zon straalt dor het schuine raam naar binnen. Ik weet niet wat ik zie. Om de wastafel zat een soort werkblad, blauw geschilderd en daaronder een lange plank voor alle handdoeken en mandjes met toiletartikelen. Weg! Ik kijk aan tegen drie witte kastjes waarin ze haar ondergoed, hemdjes en handdoeken heeft opgeborgen. In plaats van drie wasmanden staat er een grote wasmand in de badkamer, die ook nog eens kleurt. Er straalt rust en ruimte uit de badkamer. ‘Mooi zo toch?’ zegt Sandra trots.

De bel gaat. De mannen van de kringloop komen de spullen halen die klaarstaan in de berging. We besluiten om daar aan de slag te gaan met het doel om de vloer leeg te maken. We zijn al snel een paar uur bezig. In het halletje de bergingen van alle bewoners staan na een tijdje allerlei volle tassen en dozen bestemd voor de milieustraat of de kringloop. Een buurman zal haar helpen dit af te voeren. Ik kijk er nu al naar uit wat we de volgende keer gaan doen. Zin in!”

Sandra – 6

Sandra – 6

Sandra – 6

Vorige week was ik weer bij Sandra.

Ze deed de voordeur open en we liepen samen richting de woonkamer. Ik schrok …. in positieve zin! Ik kreeg bijna pleinvrees.

De vorige keren botste ik op tegen allerlei volle boodschappentassen en dozen die klaar stonden om wat mee te doen: nog een keer uitzoeken, toch bewaren of uiteindelijk weggooien.

‘Work in progress’, zoals Sandra dat noemt. Nu zag ik direct de bank en de salontafel. De ruimte daarvoor was helemaal leeg…. Sandra lachte van oor tot oor. Ze heeft echt de smaak te pakken en pakt door.

Deze ochtend gingen we weer verder met de berging. Voordat we bij de kasten terecht konden, haalden we eerst alles weg dat vóór de kasten stond. Dat zijn bijvoorbeeld twee grote boodschappentassen die we al vaker in onze handen hebben gehad, gevuld met glaswerk en statiegeldflessen. Doel is natuurlijk om direct bij de kasten te komen.

Sandra positioneerde zich op een krukje en ik reikte haar tassen en dozen aan die in een van de kasten stonden. Alles ging door haar handen en zij maakte de keuze om het te bewaren, weg te gooien of weg te geven. Een van de kasten was helemaal gevuld met allerlei kerstspullen. Enthousiast riep ze: ‘ik ben zo klaar met al die kleine spulletjes, dat kan allemaal naar de kringloopwinkel. Ik zet dit jaar alleen die beelden en een kleine kerstboom in het raam.’

Een paar dagen later ontving ik een foto van een gevulde boodschappentas en de tekst ‘op naar de glasbak’ en een volgende foto met een lege tas en de tekst ‘zo, die is leeg’. Goed hè? Topper, die Sandra.

Niemand.

Niemand.

Niemand.

Begin mei ontmoet ik Marion. Ik hoor aan haar stem én haar verhaal door de telefoon dat ze helemaal in paniek is. Ik stel voor dat ik meteen ’s avonds langskom. Dat stelt haar wat op haar gemak.

Mei 2021

‘Dat jij ’s avonds werkt,’ zegt ze bij binnenkomst. Ik kom binnen in een ontploft huis. Overal papier, boeken, verdorde planten, dozen, verzorgingsproducten, schoonmaakmiddelen, spulletjes, kleding. Twee laptops op tafel en een verslagen dame aan tafel. Een dame van midden zestig die twee weken daarvoor haar partner Pieter is verloren.

Ze weet niet waar ze moet beginnen. Ze heeft niemand met wie ze kan overleggen en ze is vooral bang en onzeker. Ook bang voor de digitale wereld. ‘Dat deed Pieter altijd,’ zegt ze. ‘En de administratie, hoe moet dat nu?’ Ik vraag wat ze bedoelt. ‘Nou, de belastingaangifte bijvoorbeeld. Ik weet m’n wachtwoord niet en heb dat nog nooit gedaan.’ Écht blinde paniek.

Het huis waar we elkaar treffen, is het huurhuis van Pieter waar zij samen de afgelopen dertig jaar hebben gewoond. Ze heeft ook nog haar eigen huurhuis. Net voordat Pieter overleed, hebben ze een geregistreerd partnerschap geregeld. En dat is te laat; ze mag waarschijnlijk niet blijven wonen in dit huis. Ondanks dat iedereen weet dat zij al jaren ook op dit adres woont. Haar wereld staat echt op z’n kop.

Ze heeft letterlijk adem te kort en hyperventileert bijna. Haar wangen worden steeds roder. Ze is chronisch ziek en heeft geen kinderen of andere mensen die ze om hulp kan vragen. Ze is opgelucht en verrast dat ik meteen kom. Ze zet koffie voor ons en loopt vervolgens helemaal leeg. Door het stellen van wat vragen krijg ik een aardig beeld van de situatie.

Pieter deed altijd alle administratieve zaken, ook voor Marion, waaronder die belastingaangifte. Alle wachtwoorden heeft hij in een digitale kluis gezet. Marion is, zoals ze zelf zegt, erg dom met computers. ‘En ik voel me zo onzeker.’

Ik zeg tegen haar dat ik het erg stoer vind dat ze dit zomaar tegen een wildvreemde durft te zeggen. ‘Iedereen heeft Outlook en Windows, Pieter gebruikte Linux en dat kennen veel mensen niet. Hij had dat ook op mijn laptop geïnstalleerd. Ik kan nergens bij en ik weet niet hoe het moet. Moet ik dan niet een andere computer kopen?’ Haar gedachten vliegen heen en weer. ‘Ik heb al jaren niet meer ingelogd bij mijn banken, die banken veranderen iedere keer de manier waarop ik moet inloggen en ik durf het niet. Ik weet niet wat kan er allemaal kan gebeuren.’

Het is inmiddels half tien, het is tijd om te stoppen. Voordat ik vertrek, zeg ik tegen Marion dat ze me altijd mag bellen als ze een vraag heeft of gewoon even wil kletsen, haar gedachten wil ordenen. In de komende weken ga ik Marion helpen om haar twee huizen op te ruimen en er één huishouding van te maken.

Ik ben onder de indruk van deze dame. Het doet me verdriet dat er mensen zijn die werkelijk niemand in hun buurt hebben om even mee te overleggen over gewone dagelijkse dingen. Het doet gewoon pijn.

Meet Bogey.

Meet Bogey.

Meet Bogey.

Dit is Bogey. Lief hè? 

Ik kreeg ‘m eind oktober vorig jaar voor mijn verjaardag. Ik werk sinds maart 2020 thuis en wandel iedere dag wel een paar keer. Lekker hoofd leegmaken en ook bezig zijn met m’n lijf.

April 2021

Dit is Bogey. Lief hè? Ik kreeg ‘m eind oktober vorig jaar voor mijn verjaardag.

Ik werk sinds maart 2020 thuis en wandel iedere dag wel een paar keer. Lekker hoofd leegmaken en ook bezig zijn met m’n lijf. Goed, ik had al eens geopperd dat ik wel een hond wilde hebben om mij te vergezellen. Marcel had allerlei praktische bezwaren. ’Hoe moet dat dan als we met vakantie willen (ooit weer een keer)? Of als we naar de film gaan? Ik had het idee ‘hond’ in een doosje in de kast gezet.

Toen overleed half oktober mijn moeder. Gelukkig was ze niet ziek en overleed ze waar wij bij waren en thuis. Wat wil je eigenlijk nog meer?  We hebben er vrede mee.

Tja, en toen kwam Bogey. Als een klein hondje dat precies in m’n hand paste, kregen we weer een kind in huis. Opvoeden, eten geven, slapen, uitlaten, ook als het giet van de regen. En wat dacht je van zindelijk worden? Ongeduldig als ik af en toe kan zijn, dacht ik dat wel even in een week te regelen, niet dus. Verwachtingen bijstellen en geduld hebben. Na vier maanden hadden we elkaar door. Als Bogey op de mat staat bij de achterdeur dan wil/moet hij wat. En het klopt echt.

Ik vertelde al even dat ik al bijna een jaar thuiswerk. Ik begon boven en zit sinds Bogey bij ons is aan de eettafel zodat ik een oogje in het zeil kan houden. Want het is mijn hond hè?

Ik sta iedere dag om kwart voor zeven op, kleed me aan en ga naar beneden. Zodra ik Bogey ‘bevrijd’uit de bench, begroet hij mij alsof me al heel lang niet heeft gezien. Zo oprecht! Genieten! Hup, even naar buiten voor de eerste sanitaire stop. Tegen half acht, het lijkt wel alsof Bogey kan klokkijken, gaat tie alvast op de keukenmat zitten om niet te missen dat ik naar de keuken loop zonder dat hij dat heeft gezien. Binnen een paar seconden is z’n voederbak leeg en gaan we een half uur wandelen. Weer of geen weer.

Dit herhaalt zich rond half twaalf uur nog een keer en dan wandelen we vaak een uur.

Tussendoor ‘vraagt’ Bogey nog wel eens of hij nog even naar buiten mag, als je snapt wat ik bedoel. Ik grijp af en toe in als Bogey de aarde van planten eet of een aanval pleegt op  blaadjes. En het is natuurlijk ook heerlijk om in het zonnetje op de bank te liggen, ook als het baasje dat niet wil.

Als ik zo ‘ns terugkijk op een willekeurige dag, dan maak ik eigenlijk veel bewegingen, in – en ook buitenshuis. Ik krijg pijn in mijn lijf als ik lang achter de eettafel zit. Dat komt dus goed uit. En ik merk dat die afwisseling mij goed doet. Als ik gefocust met iets ben bezig geweest, ruim ik daarna even de vaatwasser leeg, maak een kop koffie of doe ik een was in de wasmachine. En ga vervolgens aan de slag met de volgende klus. Ik heb in mijn agenda ieder dag een aantal vaste tijdblokken staan waarin ik lees of mijn mail afhandel. Daartussen veel witruimte voor onverwachte vragen of telefoontjes. In mijn actielijst heb ik taken staan die langer duren dan 5 minuten en korter dan 15 minuten. Heb ik ergens tijd over dan pik ik uit deze lijst een klus en vink ‘m af als ik daarmee klaar ben.

Voor activiteiten die langer dan 15 minuten duren, reserveer ik een blok in mijn agenda. Aan het eind van iedere dag bekijk ik of het allemaal is gelukt en schuif ik eventueel taken door naar een andere dag. En aan het eind van iedere week, kijk ik terug op die week en kijk ik een week vooruit. Zo weet ik wat mij staat te wachten en bereid me daar dan op voor.

Vind je t lastig om je dag goed in te delen? Heb je het gevoel dat je soms overvallen wordt en niet weet waar je de tijd vandaan moet halen? Ik help je om meer structuur aan te brengen, of dat nu op je werkplek of thuis is, zodat je ruimte en rust in je hoofd krijgt. Vul het contactformulier in dan neem ik contact met je op.

Nou begrijp ik het ….

Nou begrijp ik het ….

Nou begrijp ik het ….

Vorig jaar verhuisde de vader van een vriendin naar een verpleegtehuis en haar moeder moest helaas worden opgenomen op een afgesloten afdeling. En daar zat ze. Het verdriet over haar ouders, alles er omheen regelen, een drukke baan en een vol ouderlijk huis dat ook nog eens in het zuiden van het land staat en zij in het midden van het land woont.

Maart 2021

Vorig jaar verhuisde de vader van een vriendin naar een verpleegtehuis en haar moeder moest helaas worden opgenomen op een afgesloten afdeling. En daar zat ze. Het verdriet over haar ouders, alles er omheen regelen, een drukke baan en een vol ouderlijk huis dat ook nog eens in het zuiden van het land staat en zij in het midden van het land woont.

Ze vroeg onze hulp en samen met haar gezin hebben we een weekend lang spullen van zolder gehaald, gesorteerd en in verschillende hoeken neergezet voor de stort, kringloopwinkel of opslag. Op een bepaald moment trok ze het niet meer. Ze was zo moe en ze wilde over alles wat door haar handen ging een beslissing nemen. En ik was juist zo lekker bezig, ik begreep het niet. We dronken een kop thee, verlaagden het tempo en gingen toch weer verder. Inmiddels zijn haar beide ouders overleden, het huis is verkocht en nu heeft ze nog een  opslagruimte met spullen.

Half oktober overleed, totaal onverwacht mijn moeder. Ze is 86 jaar geworden en heeft een mooi leven gehad. Samen met mijn broers zijn we bezig om ons ouderlijk huis op te ruimen en verkoopklaar te maken.

Nuchter als ik ben, was ik van plan om ‘even’ op een ochtend te beginnen met het leeghalen van kledingkasten in de ouderlijke slaapkamer. Muziekje erbij, kop koffie in de hand en vuilniszakken paraat.

En daar begon ik, in de rechterkast, bovenste plank. Wat truien, tassen en ondergoed. En toen wat onbekends. Althans op dat moment. Ik trok de stapel naar voren en haalde deze uit de kast. Een gevuld plastic zakje en een stapel zakdoeken. In het zakje zaten de trouwhandschoenen van mijn moeder en de zakdoeken waren van mijn vader. Voor de goede orde, mijn vader overleed in 1992. Ik herkende die zakdoeken die ik als kind vaak heb gestreken. En ja hoor, daar kwamen de tranen….

Toen ik wat was bijgekomen, begon ik aan de volgende kast. Een stapel zakdoekjes, met een zakdoekje dat ik ooit aan mijn oma heb gegeven. Er zat namelijk een briefje bij dat mijn moeder had geschreven namens mij. Ik was drie. Dat had mijn moeder allemaal bewaard.

Na ongeveer drie uur was ik vier kasten verder en bekaf. Dat even opruimen kostte toch een energie. Dat kwam natuurlijk door al die emoties die loskwamen bij het zien van onze familiegeschiedenis uit de kasten.

Ik begreep nu ook heel goed wat mijn vriendin bedoelde toen ze zij dat ze zo moe werd tijdens het opruimen in haar ouderlijk huis.

Eerlijk gezegd, ben ik blij dat ik nu weet hoe het voelt. Als ik jou mag helpen bij het opruimen van je (ouderlijk) huis houd ik daar rekening mee. Ik doe namelijk niets liever dan opruimen! En als ik je daarbij kan helpen, graag. Jij bepaalt het tempo waarin we aan de slag gaan met jouw spullen.Vul het contactformulier in dan neem ik contact met je op.